Voor je het weet, sta je in de hoek bij de slechteriken. Kijk naar J.K. Rowling, de auteur van de Harry Potter-boeken, die bedenkingen had bij de vervanging van het woord ’vrouwen’ door ’mensen die menstrueren’. Wat zij zegt, is de evidentie zelve en heeft niets te maken met een gebrek aan respect, of zelfs een fobie, voor een bepaalde bevolkingsgroep. Doe normaal, denk ik dan.
Het gaat steeds verder, tot de meest banale dingen des levens. Het woord ’dik’ heeft een negatieve connotatie, weg ermee. Blank heeft een superieure connotatie, ook weg ermee. Vraag je waar iemand met buitenlandse roots vandaan komt, ben je een racist. Complimenteer je iemand met zijn goede kennis van het Nederlands, ook racist.
Al deze discussies spelen zich in hoofdzaak af in kranten of op sociale media, boven de hoofden van mensen die elke dag hard moeten werken om hun facturen te betalen en ondertussen zorg moeten dragen voor hun kinderen. Zij houden zich doorgaans minder bezig met het aanpassen van hun voornaamwoorden of met theorieën spuien over wit privilege. Zo krijgen deze discussies een ferm elitair randje.